Vier elementen hebben ervoor gezorgd dat Facil, leverancier van bevestigingsonderdelen voor de bouw van wagens en trucks, enkele jaren geleden de stap naar verduurzaming heeft ingezet. “Onze CEO Luc De Munck had al heel snel door dat deze beweging niet vrijblijvend is en triggert  ons al jaren”, klinkt het bij Stijn Moons, Head of Strategy Office bij de auto-onderdelenleverancier. “Daarnaast was er het Charter Durzaam Ondernemen van Voka, dat we in 2019 ondertekenden. Sinds enkele jaren beginnen onze hoofdklanten ook werkelijk te vragen wat onze ambities en plannen zijn omtrent people-planet-resources. En tot slot hoorden we Encon-CEO Robin Bruninx op een KBC-event zeggen dat hij het niet tolereert dat klanten zijn medewerkers respectloos behandelen. Het waren stuk voor stuk momenten die als bij ons als katalysator dienden.”

Een nieuwe purpose: Fastening future mobility

Stijn Moons: “In onze sector leeft het topic sustainability nog maar enkele jaren. Automotive had decennialang een focus op kost en op kwaliteit. Alle andere zaken deden er niet toe. Maar sinds 3 à 4 jaar staat het thema op de agenda van de grote jongens, en dus worden ook wij ermee geconfronteerd.”

Wie dit artikel aandachtig leest, had meteen door dat Facil een voorloper is. Al in 2019 ondertekenden ze het Voka-charter. “We moeten er wel aan toevoegen dat het zeer basic begon”, klinkt het bij Stijn Moons. “Het was voor ons de eerste kennismaking met de 17 SDG’s van de Verenigde Naties.”

In 2021 schakelde Facil een versnelling hoger. “Toen werd duurzaamheid deel van onze purpose”, zegt Moons. “Fastening future mobility klinkt het sinds dan. Dat was een belangrijk moment: duurzaamheid werd een essentieel onderdeel van het DNA van ons bedrijf .”

Duurzaamheidseisen opgelegd aan onze leveranciers

Eens de CO2-footprint in kaart was gebracht, was het zaak om te kijken hoe en waar we die konden verlagen. “Bij ons was het een nogal bijzonder beeld”, herinnert zich Stijn Moons. “Als bedrijf focus je vaak op scope 1 en scope 2, je eigen uitstoot en de zaken waar je zelf een impact op hebt. Daar raadde  Encon aan om te kijken waar we het best groene energie konden inzetten en op welke sites we eventueel zonnepanelen konden aanbrengen. Maar het grote werk, dat zit ‘m in scope 3, in de uitstoot van onze leveranciers en transportpartners. Zij vertegenwoordigen maar liefst 99,8% van onze uitstoot. In het bijzonder de productie van staal dat gebruikt wordt als grondstof voor het produceren van bouten, moeren en andere metalen onderdelen, genereert een flinke dosis CO2.”

Om daar een zicht op te krijgen, heeft Facil naast kwaliteits- ook duurzaamheidseisen opgesteld voor zijn leveranciers. “We hebben meer dan 500 toeleveranciers”, zegt Stijn Moons. “Eenvoudig is dat dus niet. Daarom focussen we ons vooral op onze grootste leveranciers en op de meest kritische onderdelen. We hebben recentelijk ook ingetekend op het CDP SC Membership platform, wat ons in staat stelt om gedetailleerde carbon data van onze leveranciers te verkrijgen en analyseren ”

Stelselmatig gaan de duurzame leveranciers zo komen bovendrijven. “We willen zo snel mogelijk dat 70% van onze leveranciers duidelijke en science-based targets rond CO2-reductie heeft”, is Stijn Moons duidelijk.

Beleid versterkt met meetbare mijlpalen via SBTi

Alhoewel de impact van de eigen activiteiten minder groot is, is dit ook voor Facil een focuspunt. Het koos – in samenspraak met Encon – twee sites uit die als testcase dienden. Zo is er het warehouse in hoofdkwartier Genk. Stijn Moons: “Dat had bij het meten van de footprint een jaarverbruik van 930.000 kWu of 188 ton CO2. Naarmate we meer onderzoek deden, merkten we dat er heel slordig met de energie werd omgesprongen. Zo bleven poorten soms openstaan. Daar hebben we op gewerkt en een jaar later was de uitstoot al met meer dan de helft teruggedrongen. We hadden meteen de kosten van onze partner Encon terugverdiend.” Nu twee sites op deze manier zijn aangepakt, staat Facil in de startblokken om te bepalen hoe ook de CO2-uitstoot van de 18 andere sites kan verminderd worden.

Voor scope 1 (directe uitstoot) en 2 (indirecte uitstoot via de aankoop van energie) is de ambitie alvast vastgelegd op een reductie met 42% tegen 2030. Opmerkelijk bij deze cijfers is dat Facil ze ook heeft gepubliceerd. Zo kan iedereen nagaan wat Facils ambitie is en in hoeverre het bedrijf deze ambitie realiseert. “Encon raadde ons aan om deel te nemen aan het Science Based Targets Initiative (SBTI)”, aldus Stijn Moons. Ondertussen zijn we heel blij dat we hun raad hebben opgevolgd. Het onderscheidt ons van onze concurrenten.”

Geen walk in the park

Dat Facil duidelijke stappen zet, betekent echter niet dat alles probleemloos verloopt. “Het is en blijft een proces dat energie en tijd vergt”, verwoordt Stijn Moons het. “Bovendien is het berekenen van de CO2-footprint niet zo eenvoudig. Tot voor kort lag de werkdruk rond dit topic bij mij en bij een collega. Allebei waren we er pakweg 50% van onze tijd mee bezig. Gelukkig hebben we sinds kort een extra collega die er dedicated op werkt. Dat zal onze activiteiten versnellen. Facil investeert in een duurzame bedrijfsvoering.”

Encon zorgde voor aha-erlebnis

Naast de interne resources kon Facil ook rekenen op de hulp van Encon. “Je voelt dat er een goede cultuur heerst”, verklaart Stijn Moons de keuze van de samenwerking. “Het is een bedrijf dat zijn mensen vooropstelt en zorgt dat zij het goed hebben. Dat voel je als klant. Daarnaast is er de expertise. Er werken meer dan 100 mensen die stuk voor stuk grondig gevormd worden. Dat aantal zorgt er ook voor dat ze heel veelzijdig zijn. Ze beheersen elk element van duurzaamheid. En tot slot, het kantoor van Encon bevindt zich in vogelvlucht 500 meter verder dan ons hoofdkwartier. Ook dat is een troef …”

Het was trouwens de projectmanager van Encon die bij Stijn Moons persoonlijk voor een aha-erlebnis op vlak van duurzaamheid zorgde. “Hij toonde me het schilderij Warning Stripes van Ed Hawkins dat toont welke gevolgen de opwarming van de aarde heeft. Ik ben een fervent skiër. Toen ik dacht aan de snelheid waarmee ik de afgelopen vijf jaar gletsjers heb zien smelten of verdwijnen, wist ik dat iedereen zijn verantwoordelijk moet nemen.”