“drie keer winst”

GENK - Het Genkse milieutechnologiebedrijf Encon heeft van een Belgische bank een kredietlijn van 25 miljoen euro gekregen om bij kmo's en industriële bedrijven energiebesparende ingrepen te doen, zonder dat het bedrijf in kwestie daarvoor moet investeren of subsidies noodzakelijk zijn. “We boeken zo drie keer winst”, zegt Robin Bruninx van Encon. “Het bedrijf verdient er onmiddellijk aan,
het milieu vaart er wel bij en we zorgen voor plaatselijke tewerkstelling.”

Om de een of andere reden investeren kmo's niet graag in energiebesparende maatregelen. “Waarom zou je lampen vervangen door energiezuinige types? Waarom zouden we onze verwarmings- en koelinstallaties vervangen door moderne types? Het werkt zo toch ook? Dat soort reacties horen we vaak”, zegt Robin Bruninx, general manager van Encon in Genk. “Nochtans is er op dit vlak nog onnoemelijk veel milieuwinst te boeken. De meest groene kilowattuur is de kilowattuur die we niét moeten opwekken. Daarom hebben we een model ontwikkeld waarbij het bedrijf in kwestie niet moet investeren in energiebesparende maatregelen, maar er toch onmiddellijk aan verdient.”

ESCO
Encon is niet de eerste om met het zusterbedrijf Inesco een Energy Service Company (of ESCO) op poten te zetten, maar geeft er wel een heel eigen invulling aan. “Na een zware doorlichting van ons model heeft een Belgische bank ons een kredietlijn van 25 miljoen euro ter beschikking gesteld. Met andere banken onderhandelen we over een veelvoud van dat bedrag. Met dat geld gaan wij de energiebesparende maatregelen in bedrijven financieren. Wij berekenen eerst de kostenbesparingen die het bedrijf daarmee realiseert. Het bedrijf huurt nadien de vernieuwde installatie voor een bepaalde periode. De huurprijs ligt altijd lager dan de kostenbesparingen, zodat het bedrijf er onmiddellijk aan verdient”, legt Bruninx uit. “Na een aantal jaren kan het bedrijf de nieuwe installatie voor een fractie van de investering (1%) aankopen.” Zo hoopt Bruninx bij tal van kmo's en maakbedrijven milieu-investeringen los te weken “die er anders nooit van zouden komen”. Een verzekering beschermt Inesco voor een eventueel faillissement van het bedrijf. Onder meer Rofix in Dilsen-Stokkem, Diresco in Opglabbeek, Farm Frites in Lommel, TI-Automotive in Beringen, Pami in Overpelt, CTC in Dilsen-Stokkem en Jet Logistics in Opglabbeek hebben er al gebruik van gemaakt. “Wij nemen hen alle zorgen uit handen”, stelt Bruninx. Ook in Nederland en zelfs in Uruguay is de interesse groot.

Addertje?
Geen addertjes onder het gras? “Het model staat of valt met de kostenbesparingen die het bedrijf weet te realiseren”, zegt Bruninx open en bloot. “Als onze berekeningen wat dat betreft niet kloppen, dan valt het systeem in mekaar. Dat laten we controleren door een externe organisatie. Het betekent ook dat we moeten investeren in hoogwaardige en duurzame technologie bij de klantbedrijven. Technologie van hier die op punt staat. Want als de nieuwe installatie het na een paar jaar laat afweten, werkt het model ook niet. En zo investeren we onrechtstreeks ook in jobs in de eigen regio.” Het model van Inesco werd overigens door Deloitte aan een strenge analyse onderworpen. “Het is niet de bedoeling om rommelkredieten te creëren.”

Licentie
Encon is nu zelfs zover dat het zijn model via een licentieovereenkomst aan een grote buitenlandse speler kon verkopen. “Als wij - een klein bedrijf uit Genk met 50 medewerkers - dit voor mekaar krijgen, dan moet dat anderen zeker lukken. Uiteraard hebben we dit model aanvankelijk ontwikkeld om brood op de plank te krijgen voor Encon. Maar we staan nu al veel verder. Het gaat niet meer om Encon alleen, er staat veel meer op het spel. Zo kunnen we onze bedrijven - kmo's en maakbedrijven - meer concurrentieel maken, investeren we in jobs in de eigen regio en de eigen milieutechnologie, en dragen we bij aan het milieu. Drie keer winst dus.” Encon kan dergelijke investeringen doen in verlichting, verwarming, koeling, warmtepompen en bodemsystemen, persluchtcompressoren, pompen, wind- en zonne-energie en WKK-installaties.

“Elk bedrijf zou erover kunnen nadenken om zijn medewerkers te laten mee-investeren in de energiebesparende maatregelen, die in ruil een rente van 4 of 5 procent krijgen. Dat verhoogt de betrokkenheid. En je kan dit model zelfs doortrekken om zonnepanelen te plaatsen bij particulieren, die dan zelf geen investering moeten doen maar er toch onmiddellijk profijt uithalen. Als de nieuwe Vlaamse energieminister geïnteresseerd is, is hij welkom”, lacht Bruninx.

Dominiek CLAES
Copyright © 2016 Concentra. Alle rechten voorbehouden

 

Download hieronder het persbericht